Parijs, zomer 1984.
Manu komt aan in Parijs, waar hij de kamer van zijn zus Julie deelt in een bescheiden hotel. Hij zal Adrien ontmoeten en een kuise en vreugdevolle vriendschap smeden met deze vijftigjarige dokter, die hem kennis zal laten maken met de levensstijl van zijn gemeenschap.
Tijdens een boottocht stelt Adrien Manu Sarah en Mehdi voor, een pasgetrouwd stel dat net hun eerste kind heeft gekregen.
Een onvoorziene passie voor liefde en de uitbarsting van de aids-epidemie, die in de media en de collectieve verbeelding nog steeds wordt gezien als een moderne en schandelijke plaag, zal de vreedzame regeling van deze specifieke lotsbestemmingen verstoren. Iedereen wordt acteur en getuige van een hedendaags drama, waar degenen die niet zullen sterven er misschien sterker uit zullen komen, maar in ieder geval niet ongeschonden.